peintures
du 14 juin au 1er juillet 2012
FR
EGO SVM
"Etats du corps
Une série de grandes peintures en noir et blanc représentent un homme et son corps, en parties, dont le visage, lieu particulier du corps. Chacun de ces fragments de corps est analysé froidement par une peinture factuelle qu’on dirait photographique. Elle est abstraite pourtant, dans le souci de trouver l’équivalence du gris, du blanc, de l’ombre.
Cet homme, on devine qu’il s’agit du peintre. Son corps, son visage, s'adressent à nous. Des images du passé et du présent coexistent, se télescopent. Il pose. Il nous regarde. Il se donne à voir, mis en scène. Le passage du temps se lit sur sa peau.
De tableau en tableau, agencés tous ensemble, le peintre semble nous proposer une collection d'états du moi, choisis, incarnés, au fur et à mesure de ses questions. Il se peint comme une matière, vivante, mortelle, détachée de lui. Mais le regard intense, la mise en scène du corps, dément d'autant plus cet état de "chose", affirme l'être, son désir, son adresse. Il vient nous chercher.
Loin de l’illusion d’un soi unifié, les peintures de Philippe Clara sont autant de pièces du jeu identitaire qui traverse une vie. Elles parlent de lui comme elles parleraient d’un autre, avec distance, construction. La mortalité est évoquée par cet état d'objet périssable qu'il se donne. L’inquiétude est perceptible. Elle se mêle d’une affirmation de soi paradoxale : innocence enfantine, défi ou ironie.
Une seule image le montre entier, corps reposé, yeux clos, parmi les objets de sa vie, disproportionnés. Ce corps nu, lisse, hors temps, flotte doucement au-dessus des choses."
Anne Deroo
NL
staten van het lichaam
"Een reeks grote schilderijen in zwart wit. Onderwerp: een man, zijn lichaam of delen daaruit. Een deel in het bijzonder: zijn gezicht, als welbepaald onderdeel van het lichaam. Elk fragment van dat lichaam wordt onderworpen aan een koele analyse, die van een zakelijke, schijnbaar fotografische beeldvorming. Het gaat hier nochtans om abstracte schilderijen, die zoeken naar de equivalentie tussen grijs, wit, schaduw.
De man die afgebeeld staat is de schilder, dat vermoeden we althans. Zijn lichaam en zijn gelaat zijn naar ons gericht. Beelden uit heden en verleden bestaan naast elkaar maar komen net zogoed met elkaar in aanvaring. Hij poseert. Hij kijkt ons aan. Hij geeft zichzelf over aan onze blik, hij ensceneert zichzelf. De tijd die voortschrijdt is op zijn huid te lezen.
Het is alsof de schilder ons, van doek tot doek, een verzameling 'staten van het ik' wil voorstellen, vleesgeworden vragen over zichzelf. Hij schildert zichzelf als was hij enkel een levende en vergankelijke materie, los van een eigen zijn. De intensiteit van de blik en de enscenering van het lichaam weerleggen echter deze zakelijkheid. In tegendeel: er is hier sprake van zichtbaar en uitgesproken verlangen en bestaanswil.
Philippe Clara's schilderijen tonen de ontelbare delen van een identiteit door het leven geboetseerd, ver van de illusie van een ééngemaakte ik. Ze hebben het over hem als hadden ze het over een andere, met afstand en constructie. De sterfelijkheid wordt gesuggereerd doordat de schilder zichzelf als een vergankelijk object voorstelt. De bezorgdheid is tastbaar, maar evengoed een tegenstrijdige zelfaffirmatie: kinderlijke onschuld, uitdaging en ironie.
In één enkel beeld staat hij er volledig op: uitgerust lichaam, gesloten ogen, omringd door de voorwerpen die hem na aan het hart liggen, uit proportie. Dat naakte, effen, tijdloze lichaam zweeft zachtjes boven de dingen."
Anne Deroo
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire